Uiteen
Na tientallen jaren lief en leed met elkaar te hebben gedeeld niet meer bij elkaar wonen. Voor Sjan en Koos Knaapen is het de realiteit. Door gezondheidsproblemen van beiden woont Koos in Verpleeghuis Slotjesveste in Oosterhout en Sjan in Woonzorgcentrum Mauritsstaete in Geertruidenberg. Om de andere dag gaat Sjan met de bus naar Koos. Sjan weet dat hij op haar zit te wachten, kijkend naar de lift. Zodra de deuren openschuiven en hij haar ziet, licht zijn gezicht op.
Koos werkte als monteur in de buitendienst van de PNEM in Made en Oosterhout. Thuis was hij altijd in zijn schuurtje aan het klussen. Wat in huis kapot ging, repareerde hij direct. Nog geen spijker zat er los.
Na zijn pensioen in ’99 hadden Sjan en Koos alle tijd aan zichzelf. Ze fietsten veel en genoten van hun kleinkinderen. Tot die bewuste ochtend in maart 2005. Ze zouden met hun dochter Carola gaan shoppen in Oosterhout. Kort voor het vertrek belt Sjan verontrust Carola op. Ze had Koos beneden in de gang op de grond gevonden.
Hij bleek een zwaar herseninfarct te hebben gehad. Kort daarop in 2006 verhuisden ze naar een appartement in Mauritsstaete. Koos kreeg door zijn infarct zware epileptische aanvallen. Die waren zo heftig dat hij tenslotte niet meer zonder een rolstoel kon.
In 2014 bleek Sjan leukemie te hebben en Koos verhuisde naar Slotjesveste. Eerst zou het tijdelijk zijn. Hij zou weer thuiskomen als Sjan uit het ziekenhuis was en voldoende was hersteld. Carola: ‘We vroegen onze moeder of ze het nog wel zou kunnen, haar man 24/7 bij zich te hebben.’ Sjan: ‘Ik sliep slecht, soms moest ik er wel vijf keer uit voor mijn man. Hij is snel emotioneel. Hij heeft veel hulp nodig waardoor ik weinig rust heb.’
Tijdelijk werd definitief, Koos bleef in Slotjesveste waar hij nu drie en een half jaar woont. Het was een pijnlijke keuze voor Sjan. Carola: ‘Mijn moeder heeft de uiteindelijke beslissing zelf genomen. We hebben haar geholpen, gezegd dat ze nul komma nul reden had om zich te schamen of om het niet te doen. Haar leven gaat ook door. Als mensen zouden oordelen, moesten ze eerst zelf maar eens negen jaar voor hun man zorgen, dan zouden ze wel beter weten.’
Sjan blijft rustig onder het verhaal. Ze maakt zelfs grappen over de huidkanker op haar voorhoofd. ‘Dat is al een paar keer weggehaald, nu gaan ze het weghalen en een stuk huid ervoor terugzetten. Word ik op mijn leeftijd nog strakgetrokken.’
Toen Koos net het infarct had gehad, toen was het anders. ‘Ik liep door de supermarkt en dacht, wat doe ik hier. In het begin heb ik heel veel en heel hard gehuild, zo hard dat de buurman het kon horen.’
Haar moeder mag haar emoties vaker loslaten, vindt Carola. Ook mag ze meer hulp vragen aan haar voor haar mantelzorgende kinderen Carola en Sjak. Laatst stond ze nog op de trap de ramen te zemen. ‘Ik kan echt niet meer huilen. Ja, soms zo eens een traantje bij een film over een gezinnetje met een ziek kindje.’ Met een bescheiden lachje gaat ze verder: ‘Zolang ik alles nog kan, hoef ik geen hulp. Wie weet hoe lang ik mijn kinderen nog nodig heb.’
Geertruidenberg – Oosterhout, Riethorst Stromenland
Sjan en Koos Knaapen, 77 en 78 jaar